zondag, augustus 28, 2022
Crooniek: Trail of Time
zaterdag, augustus 27, 2022
Rome: Defiance EP
woensdag, augustus 17, 2022
Les Nuits Dark-Ritual 2022: een moderne heksensabbat
Hebt u al gehoord van Les Nuits Dark-Ritual? Het is een kleinschalig evenement dat door de Franse gothicgroep Rosa Crux georganiseerd wordt. Het gaat door op het kasteeldomein van de Château De Thoix, ergens in Picardië. Met het openbaar vervoer geraakt u er nauwelijks, maar het is best een unieke ervaring, want dit festival is heel anders dan de grotere festivals. Eigenlijk zakt er maar een driehonderdtal mensen naar Thoix af voor Les Nuits Dark-Ritual, en in zekere zin is het festival een goed bewaard geheim voor ingewijden. Er gaan uiteraard optredens door, maar ook een resem zijactiviteiten die erg de moeite zijn. Het is ook het enige festival zonder tijdschema, want Olivier Tarabo, het brein achter Rosa Crux en ook de spil van dit festival, gelooft niet in uurroosters.
De eerste dag
Tot aan de optredens kunnen we op het domein van het kasteel rondzwerven. Het is er erg mooi en ruim, en er staan bomen zodat u gemakkelijk een plaatsje in de schaduw kunt vinden, wat met dit warme weer geen overbodige luxe is. De tuin is ook versierd met allerhande sculpturen: kruisen, een soort ruïne van een kathedraal, een nagebouwd kerkhof, een pentaculum, een kring van heksen in de hoogte … Sommige van deze werken worden na de optredens in brand gestoken, wat in combinatie met een volle maan een prachtig schouwspel oplevert. Verder vind je er een grote automatische horloge die elk uur de ‘sonneries macabres’ afspeelt. Op het eerste verdiep van het kasteel gaat een tentoonstelling door, genaamd ‘Mors – Mortis’. Je vind er kruisbeelden voor slachtoffers van de pest, tal van skeletten en ook een gigantische ruiter van de apocalyps. Deze werken zijn allemaal van de hand van Olivier Tarabo van Rosa Crux.
Als de zon ondergaat, start het eerste optreden. Het is het project van de bassist van Rosa Crux, Frater Stéphane, en heet NKRT. NKRT werd aangekondigd als dark ambient, maar klinkt eerder als post-punk. Het is een man die op een basis van repetitieve ritmes baslijnen opbouwt via loops, en daarboven langgerekte Latijnse spreuken reciteert. Dat Latijn heeft hij natuurlijk overgenomen van Rosa Crux. Op een bepaald moment mag ook Olivier Tarabo een tweede bas komen bemannen, wat in combinatie met de loops echt een overvloed aan bas oplevert. Dat is best interessant, maar na een tijd wel vrij repetitief. Hoe dan ook is het leuk als achtergrondmuziek bij mijn gedachten.
De afsluiter van de eerste dag is Brigitte Handley. Zij komt helemaal uit Australië, maar verblijft regelmatig voor langere tijd in Europa, onder meer in Keulen, waar ze een nummer over schreef. Mevrouw speelt niet alleen, maar heeft een bassist en een toetseniste mee. Zelf verrijkt ze hun wat repetitieve begeleiding met subtiele gitaarlijnen en meer uitgewerkte zanglijnen. Muzikaal houdt het het midden tussen post-punk en rock. Als ze op het einde van haar set een cover van ‘Eisbär’ speelt, ben ik erg opgelucht, niet enkel omdat ijsberen niet huilen, maar vooral omdat de koude noordpool erg afsteekt tegenover de hittegolf die hier gaande is. De vraag is hoelang dat nog zal duren.
De tweede dag
Nu we weten dat de concerten pas laat op de avond beginnen, profiteren we ervan om een toeristische uitstap te doen in de streek. Gisteren hadden we op de heenweg al een halte gedaan om de kathedraal van Amiens te bezoeken, de grootste gotische kathedraal van Frankrijk. Vandaag gaan we naar de kathedraal van Beauvais, de hoogste kathedraal ter wereld. Gewoonlijk ben ik niet zo iemand die kerken bezoekt, maar ik heb op dit festival een kunsthistoricus mee – Gerry Croon, collega bij Dark Entries en in de gothfolkgroep Winterstille – die me alle details weet te vertellen over de architectuur van de kerken en de betekenis van de afgebeelde taferelen en sculpturen. Interessant is dat de kathedraal van Beauvais de kathedraal van Amiens probeerde te overtreffen in hoogte en breedte. Door fouten in het bouwplan stortten delen van de kerk evenwel verschillende keren in. Zo werd uiteindelijk slechts een derde van de kerk afgewerkt, en die bevat nog steeds aanvullende steunpilaren opdat ze niet volledig zou instorten. Was hoogmoed geen hoofdzonde in het katholieke denken?
Iets na negen start de eerste groep van vanavond eraan. Vertebre is een Franse electrogroep bestaande uit twee vrouwen, die het wat verder zoeken dan gewoon een vettige beat. Als ze gitaar en bas incorporeren in hun composities, klinken ze bijna als post-punk, en op andere momenten klinken ze als industrial of zelfs dark ambient. Ook wisselen ze nummers in het Engels af met nummers in hun Franse moedertaal. Kortom: ze zijn niet voor een gat te vangen, en dat horen we graag.
DaGeist waren we even uit het oog verloren. Nochtans waren we aangenaam verrast door hun debuut ‘40’ in 2015 en hebben we ze ooit nog uitgenodigd op een Dark Entries Night. We hebben gezien hoe ze langzaam maar zeker populairder werden, maar hun tweede plaat ‘Sexy’ uit 2019 was volledig aan ons voorbijgegaan. Aan het aantal DaGeist-t-shirts te zien zijn ze hier alvast een gevestigde waarde, maar ze komen ook niet van ver en hebben wellicht hun lokale fanbasis meegenomen. DaGeist brengt een mix van poppy wave en post-punk waar je onvermijdelijk van gaat houden (en al helemaal als je weet dat dit bijzonder vriendelijke mensen zijn).
De derde dag
Op de derde dag begeef ik me weer vroeger naar het kasteel. Er is immers een atelier voorzien voor de collectieve zang tijdens de ‘Danse de la terre et du feu’, dat traditioneel deel uitmaakt van een optreden van Rosa Crux, uiteraard de afsluiter van vanavond. Omdat er gisteren amper aanwezigen waren op het atelier, deed Olivier Tarabo – de man die niet gelooft in tijdschema’s – een oproep om hier toch maar om vier uur te zijn. Er zijn nog twee zijactiviteiten waar ik u nog niet over verteld heb. De ‘sièste sonore’ bestaat erin dat je met een aantal mensen tussen boxen gaat staan waaruit dan relaxerende muziek weerklinkt. Nu, het klinkt eerder als een stuk van T.A.C., dus vol piepende en slijpende geluiden, en u mag zelf beslissen of u dat relaxerend vindt of niet. Fijn is het alleszins wel. Heel indrukwekkend is de ‘Totenbahn’ in de crypte. De crypte is eigenlijk een voormalige ijskelder waarin een mijnwerkerswagentje is opgesteld, waar je dan met vier personen in kan plaatsnemen. In de absolute duisternis word je dan naar een andere ruimte gereden, die alweer versierd is met skeletten en waar een vreemde man allerlei rituelen uitvoert. Dit is een absolute aanrader!
Zij komt uit het Verenigd Koninkrijk, hij komt uit Argentinië. Samen vormen ze Night Hexe. Zij heeft de uitstraling van Els Pynoo, maar haar zang is iets minder toonvast. Hij heeft de uitstraling van Eduardo Benavente, maar zijn gitarriffs zijn erg repetitief. Muzikaal mogen we dit onder de noemer cold wave catalogeren: een pulserende en dansbare beat, scherpe gitaren en een kille zang. Het duo doet zeker zijn best, maar de structuur van de liedjes is zo minimaal dat het mij niet helemaal kan overtuigen.
Daarna begint de feitelijke set, met Tarabo op gitaar, Claude Feeny op de piano en op het indrukwekkende carillon dat eveneens veel plaats op het podium inneemt, Frater Stéphane op contrabas en Camille Cauvin op doedelzak. U kunt zich inbeelden dat dit een indrukwekkend geluid oplevert. De gitaren klinken als trompetgeschal, en de orgels en carillon zorgen voor een erg duistere ondertoon. Dat de zang in het Latijn is, geeft helemaal weer waar het de groep om te doen is: het macabere van de Middeleeuwen oproepen. Olivier vertrouwde ons in een interview ooit toe dat hij de groep heeft opgericht vanuit een passie voor hekserij. De teksten neemt hij dan over uit allerhande obscure Middeleeuwse bronnen. De stemmen van de muzikanten worden aan de hand van loops uitgewerkt tot ware koorgezangen.
Les Nuits Dark-Ritual zijn een kleinschalig festival met een beperkt aantal optredens, maar wat een ervaring zijn ze! Zoiets maak je nergens anders mee. De prijzen zijn spotgoedkoop, want waar vind je nog een festival dat voor drie dagen slechts 55 euro vraagt? Het draait hier niet om geld, zoveel is zeker. Het festival kent ook zijn eigen geldeenheid: de Lux, ter waarde van 3 euro. Alle dranken en hapjes kosten dan ook exact 3 euro. Maar het is de uitzonderlijke aankleding die het zo fenomenaal maakt, met alle kunstwerken op dit uniek domein. Daarnaast is het ook gewoon extreem gezellig. Het publiek is beperkt, en dus is het de ideale plek om mensen te ontmoeten. Je geraakt hier heel gemakkelijk aan de praat met wildvreemden, en om een of andere reden blijken ze allemaal iets creatiefs te doen: de ene heeft een YouTube-kanaal waarop zij eigen video’s maakt, de andere start binnenkort zijn eigen sociaal netwerk op, en nog anderen musiceren, schilderen of schrijven. Het zijn al deze elementen bijeen die Les Nuits Dark-Ritual tot een unieke ervaring maken, een ervaring die we u van harte willen aanbevelen.
Foto's: Luc 'Who Cares' Luyten
dinsdag, augustus 16, 2022
Wave-Gotik-Treffen 2022: Leipzig kleurde nog altijd zwart, maar wat minder.
Nadat twee edities afgelast moesten worden, kon in 2022 het Wave-Gotik-Treffen opnieuw doorgaan. Het werd nog niet helemaal een normale editie. Aandachtige mensen hebben opgemerkt dat er een stuk minder groepen geprogrammeerd waren. En ja, er waren ook minder aanwezigen. 12.000 tot 15.000 in plaats van de gebruikelijke 20.000, volgens sommige bronnen. Leipzig kleurde nog altijd zwart, maar wat minder.
Ook voor mij is het een wat mindere editie. Omdat ik net nieuw werk heb gevonden, zag ik me genoodzaakt mij reis in te korten: van vrijdag tot maandag, eerder dan van donderdag tot dinsdag. Ik mis een dag van het festival, maar het zij zo. Ik heb zeker geen spijt van mijn komst.
Vrijdag
We beginnen op vrijdag 3 juni. Na wat perikelen met de treinen, het afzetten van onze pakken op het appartement dat we huren en het afhalen van de bandjes – wat overigens tegen mijn vrees in erg vlot verliep – zijn we onderweg naar het Volkspalast. Daar spelen een aantal neofolk een aanverwante groepen.
We missen net het optreden van Sophia. Sophia is een erg begeerde naam, en dus bestaan er maar liefst een vijftigtal groepen die onder deze naam muziek maken (bron: discogs). Hier spreken we over de dark ambient en industrialgroep uit Zweden, onder aanvoering van Peter Bjärgö (die ook de drijvende kracht was achter één van het dozijn Arcana’s op deze aardscheet).
By The Spirits is een eenmans-neofolkproject uit Polen die volledig volgens het boekje werkt. Hij tokkelt zachtjes op zijn gitaar, versterkt met wat onheilspellende achtergrondgeluiden, en zingt daarbij in het Engels en Pools nummers die ongetwijfeld over dood en verderf gaan.
Death In Rome is in de eerste plaats een uit de hand gelopen grap. In 2015 hoorden we voor het eerst van de groep toen ze een cover van ‘Barbie Girl’ maakten in de stijl van – u raadt het – Death In June en Rome (met uiteraard met een foto van Klaus Barbie als illustratie). Ze zorgen ervoor dat ze de dubbelzinnige symboliek van die groepen overnemen, maar het is bij hen duidelijk om te lachen bedoeld.
Het concept is eenvoudig: je neemt een lekker foute hit, speelt die in met een folkgitaar, voegt er wat dubieuze samples en elektronica aan toe en zorgt dat de zang lekker treurig klinkt. Ik kan best genieten van de live-covers van ‘What is Love’, ‘Rhythm Is A Dancer’, ‘Beuys Beuys Beuys’, ‘Dirty Diana’ … Maar het meest gelukkige ben ik met ‘Take On Me’ en ‘White House Tommorrow’ (een cover van TV Smith dat daags na de bestorming van het Capitool een clipje kreeg met beelden van de aanval).
De kers op de taart moet het optreden van :Of The Wand And The Moon: zijn. De Deen Kim Larssen maakt al meer dan twintig jaar zuivere neofolk, niet om te lachen maar net vol van een erg duistere melancholie. Politieke referenties hoef je bij hem niet te zoeken, al kleeft er wel een sticker met ‘This Machine Kills Time’ in runenschrift op zijn gitaar, een verwijzing naar het opschrift ‘This Machine Kills Fascists’ op de gitaar van Woody Guthrie.
Larssen neemt niet minder dan vijf muzikanten mee, en dat helpt de melancholische teneur van zijn nummers te onderstrepen. Toch moet ik bekennen dat ik na een aantal nummers begon af te haken. Larssen brengt te weinig variatie in nummers die steeds op heel eenvoudige structuren gebaseerd zijn. Dat mag bij neofolk, maar het gaat na verloop van tijd allemaal hetzelfde klinken.
Zaterdag: lezing over Gruftis in de DDR
Sinds jaren al ben ik me aan het verdiepen in de alternatieve subculturen in het oostblok, en elk jaar kan ik ook wat rond dit thema meemaken op het WGT. Want Leipzig was de tweede grootste stad van de DDR, na de hoofdstad Berlijn. Je vindt er verschillende museas rond het leven in de DRR, en één van die musea is het Stasimuseum ‘Runde Ecke’, dat gevestigd is in de voormalige kantoren van de Stasi in Leipzig.
Mijn aandacht wordt deze keer getrokken door een detail dat volgens mij niet eerder aan bod kwam. Natuurlijk wisten we al dat Gruftis – Duits voor ‘grafwezens’ – graag op kerkhoven flaneerden. Er waren ook wat incidenten met Gruftis die de namen van hun favoriete groepen op de graven schreven of zelfs een kruisbeeld meepikten om rond hun nek te hangen.
Maar in Dresden gingen een paar gothicers nog een stap verder en openden ze graven, namen beenderen, handen of hoofden van lijken mee, om ermee te pronken bij hun vrienden. Je kunt de Stasi-akten rond deze misselijkmakende zaken raadplegen in het museum, en daarin verantwoordden de daders hun gedrag als ‘normaal in Grufti-kringen’.
In de namiddag staat hier een lezing geprogrammeerd van Sascha Lange. Hij heeft net, samen met zijn collega Dennis Burmeister, een boek uitgegeven over de new wave in de DDR: ‘Our Darkness. Gruftis und Waver in der DDR’. Daarin beschrijven zijn het alledaagse leven van de ‘Gruftis’ in de socialistische heilstaat.
Lange heeft een doctoraat in de geschiedenis, waarvoor hij de jeugdoppositie in het Derde Rijk onderzocht. Hij wil echter benadrukken dat het bij zijn boeken over de DDR – het schrijversduo bracht eerder al een boek over de Depeche Mode-fancultuur in de dictatuur – om een jeugdcultuur draaien, en niet om een bewuste oppositiegroep. Veel Gruftis beschouwden zichzelf als apolitiek.
Bravo valt best te vergelijken met Joepie, maar er zaten vaak reportages in over new wavegroepen en Gruftis, die gretig aftrek vonden. Er werd veel geld betaald voor een binnengesmokkeld exemplaar van Bravo, of voor de bijhorende poster van bijvoorbeeld The Cure. Wie de originele poster niet kon bemachtigen, moest genoegen nemen met een kopie of zelfs een nagetekend exemplaar van de poster. Bijzonder populair was de ‘love-story’ ‘Ratte macht die Fliege’. Het verhaal was op zich oppervlakkig, maar werd geïllustreerd met foto’s van extravagante goths, en dat kon er op zich wel in.
En zo zijn we beland in het scharnierjaar 1987, het jaar waarin ‘Ratte macht die Fliege’ gepubliceerd werd. 1987 was ook belangrijker omdat het gemakkelijker werd om naar West-Duitsland af te reizen – vooral voor gepensioneerden – en dus ook om exemplaren van Bravo of zelfs platen van westerse groepen binnen te smokkelen. Er kwamen in dat jaar ook tal van klassiekers uit: ‘Kiss Me Kiss Me Kiss Me’ van The Cure, ‘Music For The Masses’ van Depeche Mode, ‘Hopeless Cases’ van Anne Clark en natuurlijk ook ‘Floodland’ van The Sisters Of Mercy.
Maar vooral begon de jeugdradiozender DT64 meer en meer wavegroepen uit het westen uit te zenden. Soms werden volledige platen uit het westen afgespeeld, met de uitdrukkelijke bedoeling dat jongeren ze op cassette zouden kunnen opnemen. In het programma Parocktikum werden zelfs Oost-Duitse groepen gespeeld die cassettes in eigen beheer hadden uitgebracht. Dit was eerder ondenkbaar, want die groepen waren niet door de censuur goedgekeurd.
De wavegroepen uit Oost-Duitsland werden bekend onder de noemer ‘Die anderen Bands’. In 1988 verscheen zelfs – onder de hoede van Lutz Schramm, de presentator van Parocktikum die ook wel de Oost-Duitse John Peel genoemd wordt – een lp met een selectie aan groepen: Feeling B (de voorloper van Rammstein), het meer experimentele AG Geige, Sandow, Die Skeptiker, Rosengarten, Der Expander des Fortschritts, Die Art …
Er wordt uiteraard ook aandacht besteed aan ander aspecten. Eind jaren 80 kwamen niet enkel de Gruftis op. Ook de naziskinheads waren in opmars. En die twee gingen niet goed samen. Vaak moesten Gruftis vluchten voor skins die het op hen gemunt hadden. Het was aangeraden om je in groep te verplaatsen, of om fuiven iets voor sluitingsuur te verlaten, omdat het einde van een fuif een uitgelezen moment waren voor vechtpartijen. En het gaat zonder woorden dat de passieve Gruftis geen partij waren voor de agressieve skins.
Maar ook in de Gruftiscene waren er Stasi-informanten actief. Ze werden Inoffizieller Mitarbeiter of IM’s genoemd. Ook konden Gruftis meegenomen worden voor verhoor, enkel en alleen op basis van hun extravagant uiterlijk. Gruftis kwamen voor in de lijst van ‘negatief-dekadente’ jongeren, en er werden uitgebreide verslagen genotuleerd over samenkomsten en levensstijl van de Gruftis. Lange merkt wel op dat er in de Stasi-akten weinig aandacht was voor hetgeen de jongeren zelf het belangrijkste vonden: de muziek en het uiterlijk.
Er komt nog een anekdote aan bod over een fotograaf die bij de fuiven in Haus Auensee – een populaire uitgaansplek voor Gruftis – foto’s trok van de aanwezigen en die daarna verkocht aan wie ze wou hebben. Mensen genoten van zijn aanbod, maar vroegen zich af wat de motivatie van de man was. Jaren later bleken alle foto’s ook mooi gerepertorieerd te zijn in de aktes van de Stasi, waarvoor de man dus werkte.
Het is ook wat vreemd dat Lange de loftrompet steekt over de groep Die Vision en hun zanger Uwe Niels von Geyer (de enige man in de DDR die een t-shirt van Joy Division had). Niet omdat het muzikaal slecht is, maar wel omdat een eenvoudige zoekopdracht op google u leert dat ook Geyer een Stasi-informant was die vrienden verraden heeft en mensen naar de gevangenis gestuurd heeft. Dit lijkt me geen detail te zijn, als je een boek over de subcultuur in de DDR schrijft, en toch kwam het noch in het boek, noch in de lezing aan bod.
Zaterdag: optredens
We trekken daarna naar de Felsenkeller. Daar speelt vanavond een keure aan Duitstalige groepen. Als we toekomen, is Schneewittchen aan de beurt. Zij brengen een aan opera verwante versie van kleinkunst, die best vermakelijk is, zeker als het publiek massaal ‘Ohne Liebe’ meezing, van de succesplaat ‘Perlen vor die Säue’. ‘Ohne Liebe macht es keinen Sinn.’ ‘Zonder liefde kan je niet leven’, zo schreef ook J.M.H. Berckmans. ‘Vraag maar aan Lorm en Kromsky. Zij leven zonder liefde.’
Een misrekening maakt dat ik in een pizzatent terechtkom terwijl Soko Friedhof - het electro-zijproject van Untoten-hoofdman David E. Line – het podium bestijgt. Ik pik de laatste drie nummers nog mee, en heb spijt dat ik dit pikzwarte optreden grotendeels gemist heb. David E. Line laat niet enkel de beats spetteren, maar zorgt ook voor ingetogen momenten waarop hij zichzelf begeleidt op de piano, en het klinkt als een diepe duisternis die ik erg apprecieer.
Wat ik wel weet is dat L’Âme Immortelle zowel harde electro als meer ingetogen neoklassieke muziek maakt, in het Engels en het Duits, en ermee wegkomt ook! De groep werd in 1996 opgericht en mocht in de coronacrisis dus 25 kaarsjes uitblazen. Dat wordt nu – met wat uitstel – gevierd. Het spreekt dan ook voor zich dat ze het publiek verwennen met hun grootste hits: ‘5 Jahre’, ‘Life Will Never Be The Same Again’, ‘Catch My Fall’, ‘Stumme Schreie’ en uiteraard ‘Bitterkeit’ als bisnummer.
Zondag
De zondag zijn we redelijk vroeg bij het Heidens Dorp. Gisteren hadden we al een poging gedaan om hier binnen te komen, maar de ellenlange rij om binnen te geraken heeft ons van gedachten doen veranderen. Vandaag kunnen we zonder problemen binnen. We schouwen wel toe hoe het dorp zich langzaamaan vult en hoe ook vandaag weer zeker een lange file zal ontstaan aan de ingang van het dorp. De verklaring: het Heidens Dorp is een plek waar je ook voor één dag naartoe kan gaan, met een apart ticket dat los staat van WGT.
En het Heidens Dorp is populair, niet enkel bij goths maar bij iedereen die gefascineerd is door de Middeleeuwen. Je vindt er een erg grote Middeleeuwse markt, waar je maliënkolders, lederen voorwerpen, messen, kledij of tal van sieraden kunt kopen. Je vindt er ook mede en speciale bieren, een variatie aan eetstandjes gaande van geroosterd vlees tot zeer lekkere vegetarische alternatieven. Kortom: het is een aangename plek om tijd door te brengen zolang er elders geen concerten zijn. En ja, de meeste zalen bij het WGT openen pas rond 16 of 17 uur.
Er gaan ook optredens door in het Heidens Dorp. Feuerdorn is een medieval groep die met indrukwekkende doedelzakken van twee meter hoog en immense trommels speelt. Dit is exact de muziek die je hier verwacht, maar er komen ook andere zaken aan bod. Finsterforst wordt aangekondigd als folkmetal, maar ik heb wat moeite om de folkelementen te ontwaren, al zitten er wel heel wat atmosferische stukken tussen.
Als het wat te overbevolkt wordt in het Heidens Dorp, vertrekken we weer naar de Felsenkeller. Daar speelt Nachtblut, een Duitse black metalgroep die een zeer grote indruk had gemaakt op me tijdens een vorig optreden op WGT. Ook vandaag zien ze er weer fantastisch uit, en de stem van zanger Askeroth is grandioos. Ze spelen hits als ‘Multikulturell’, ‘Amok’ en vooral ‘Antik’. Afsluiten doen ze met een cover: ‘Alles nur geklaut’ van Die Prinzen – over een popster die toegeeft dat hij alles gewoon gestolen en gekopieerd heeft – waarop het publiek heerlijk ‘eo – eo’ meezingt.
Daarna gaat het richting Agra, de grootste zaal van het festival en ook de plek waar een gigantische markt met kledij, platen en andere dingen plaatsvindt, alsook waar het kampeerterrein is. Eenmaal in de zaal, probeer ik te genieten van de rock-‘n-roll-klisjees van 69 Eyes, maar ik denk dat ik het niet goed aanpak. Drummer zijn bij 69 Eyes lijkt me alleszins geen job met veel afwisseling, en dat geldt misschien ook voor de andere muzikanten. Maar goed, ze weten een donkere sfeer op te roepen, en het publiek smult er duidelijk van.
Nu zijn we hier natuurlijk voor Lacrimosa, dat zeker na het optreden vanavond alweer tot mijn absolute lievelingsgroep is uitgeroepen. Lacrimosa heeft net een nieuwe cd uit – ‘Leidenschaft’, heel aanbevelenswaardig – en het spreekt voor zich dat ze daar heel wat uit spelen. Zanger Tilo Wolff heeft een prachtig kostuum aan met gevederde schouders, en speelt regelmatig gitaar. Toetseniste en zangeres Anne Nurmi heeft een mooi wit kleedje aan, en ze zingt deze keer echt wel prachtig.
Het was een prachtige afsluiter van dit festival, want helaas moet ik door werkverplichtingen op maandag vertrekken en mis ik de vierde dag WGT. Ik heb alvast geen spijt van mijn aanwezigheid, en ik denk niemand onder de aanwezigen. Wel viel elke dag weer op dat er minder volk was en dat het programma wat minder uitgebreid was. Dit is wellicht onvermijdelijk voor de eerste post-COVID editie, en ik hoop dat het vanaf volgend jaar weer volle vaart zal gaan. WGT blijft het grootste en meest interessante gothicfestival ter wereld, en eentje dat ik voor geen geld zou willen missen.
Setlist Lacrimosa: Intro / Liebe über Leben / Kelch der Liebe / Alleine zu zweit / Nach der Sturm / Führ mich nochmal in den Sturm / The Daughter of Coldness / Lichtgestalt / Durch Nacht und Flut / Ich bin der brennende Komet / If The World Stood Still A Day / Schakal / Celebrate The Darkness / Rote Symfonie
Bis: Der Morgen danach / Raubtier
Foto's: Luc 'Who Cares' Luyten (behalve de eerste twee foto's bij de lezing van Sascha Lange)