Maandagavond 11 juli 2011, 19u20. Via facebook wordt het bericht de wereld ingestuurd dat Tuxedomoon de volgende dag een ‘secret gig’ zal spelen in het Brusselse café L’Archiduc. Een stunt die wel wat vragen opriep: zou het werkelijk om de legendarische groep gaan? Om een zijproject? Of om een akoestische set in een beperkte bezetting? Bovendien leek de vermelde zaal erg klein om een groep van deze reikwijdte te ontvangen. We namen het zekere voor het onzekere, gooiden onze plannen voor die avond weg, verzekerden ons van een wagen en trotseerden hagelrisico en het desastreuze Brusselse verkeer om onze jeugdhelden nog eens aan het werk te zien.
Bij aankomst konden we vaststellen dat de zaal toch wel erg krap was, zodat we ons meteen strategisch positioneerden om volop van het optreden te kunnen genieten. Tweede vaststelling: de groep was wel degelijk voltallig, dus geen zijproject of beperkte bezetting. Zelfs Bruce Geduldig, die al jaren het visuele aspect van de optredens opsmukt met projecties en mimespel, was aanwezig. Een maat voor niets, want zijn projecties op een zijmuur zijn wellicht aan iedereen voorbij gegaan. Een mogelijkheid was ook dat de groep dit optreden zou gebruiken om nieuw werk uit te proberen. Niets bleek minder waar, want ze pakten uit met een klassieke set.
De aftrap gaven ze met The Waltz, van de erg succesvolle cd Holy Wars uit 1985 en al jaren een gepast startnummer bij optredens. Ze zetten voort met Muchos Colores, een nummer van de laatste plaat Vapour Trails. De in Mexico residerende saxofonist-pianist-clarinetist-en-nog-wat-meer Steven Brown heeft voor dit nummer een tekst van de zapatistische rebellenleider Subcommandante Marcos op muziek gezet. Het was Brown die in 1976 in een cursus elektronische muziek in San Francisco Blaine L. Reininger ontmoette. Reininger bleek behendig met viool en gitaar en een strijdmakker in het zoeken naar nieuwe muzikale wegen. Ze richtten samen Tuxedomoon op. Ze werkten in verschillende bezettingen samen met diverse muzikanten, maar de groep stabiliseerde zich snel rond Brown en Reininger aangevuld met Peter Principle op bas.
Na de opnames van hun debuut Half-Mute in 1980 besloot de groep om naar Europa te verhuizen. Ze gingen naar Londen om er hun succesplaat Desire op te nemen, om daarna naar Rotterdam te vertrekken en zich al even snel in Brussel te vestigen. Tuxedomoon zou nog jaren in Brussel blijven wonen, waar ze een onderkomen hadden gevonden in de legendarische concertzaal Plan K. Ze zouden er samenwerken met Crammed records, een platenlabel dat experimentele muziek en interculturele samenwerking hoog in het vaandel hield, en met de fantastische geluidskunstenaar Gilles Martin, die als producer optrad voor al hun platen uit deze periode.
Het optreden van dinsdag legde het accent op het oudere werk. Ze spelen Time To Lose, dat ongeveer ontstaan moet zijn toen de groep zich in Brussel vestigde in 1982. Er kwamen ook verschillende nummers uit hun debuut Half-Mute aan bod: Fifth Column, Tritone en een tragere versie van What Use?. Zelfs de B-zijde van de eerste single uit 1978 - Joeboy The Electronic Ghost, opgenomen in een tijd waarin de groep samenwerkte met de San Franciscaanse radicaal-linkse theaterformatie The Angels Of Light - passeerde de revue.
Uiteraard speelt de groep ook recenter werk, zoals het uitstekende instrumentale nummer Tryptich uit de Hotel Bardo Soundtrack uit 2006, waarop de verschillende muzikanten tonen wat ze allemaal in hun mars hebben. Naast Reininger, Brown en Principle speelt ook Luc Van Lieshout mee, ooit als vervanger opgeroepen toen Reininger in 1983 de groep verliet, maar die in de groep bleef nadat Reininger zich in 1988 terug bij de groep voegde.
Een hoogtepunt zijn de versies van Allemande Bleue en Courante Marocaine, die oorspronkelijk voor de EP Suite en Sous-Sol uit 1982 opgenomen werden. Op deze EP liet de groep zich bijstaan door een aantal Marokkaanse muzikanten om een pareltje van bevreemdende experimentele muziek op te dienen. Tuxedomoon heeft de nummers prachtig aangepast aan de huidige bezetting. Het kwartet sluit af met Litebulb Overkill, het allereerste nummer dat de groep samen schreef in 1977 en wel vaker de afsluiter van hun concerten. Uiteindelijk heeft de groep een dik uur gespeeld, een korte maar overtuigende set. Bovendien had je echt het gevoel dat je aan iets uitzonderlijks kon deelnemen, alsof je deelt in het geheim van een laattijdig aangekondigd concert. Een prima stunt, natuurlijk.
Je zou denken dat er een vervaldatum staat op het label ‘vernieuwend’, zeker voor een groep die nu al meer dan 30 jaar meegaat. Hoewel we het geluid van Tuxedomoon ondertussen meer dan gewend zijn, valt toch nog op hoe fris en tijdloos het geheel klinkt. Wellicht konden toehoorders die de groep nog niet kenden niet vermoedden dat het gros van het werk van dinsdagavond uit de jaren 80 stamt. Tuxedomoon is erin geslaagd om zijn geluid actueel te houden, mede door het erg bescheiden gebruik van de drumcomputer en de technische bekwaamheid van de muzikanten. De groep verkeert duidelijk in topvorm. Het is uitkijken naar meer optredens van de cultformatie.
Video: oorspronkelijke versie van het nummer Joeboy The Electronic Ghost uit 1977