dinsdag, april 28, 2015

Liesa Van der Aa: WOTH (Kaaitheater, 25/2/2015): Artistieke en filosofische diepgang

Waren we al heel erg onder de indruk van Liesa Van der Aas solodebuut Troops uit 2012, dan moeten we nu vaststellen dat de driedubbelaar WOTH (Weighting Of The Heart) nog sterker is, een hoogst filosofische plaat met een grandioos concept en uiterst geraffineerde muziek. En de live-voorstelling dan? Wel, die was op de hoogte van de verwachtingen, ronduit fantastisch.

Als we de zaal binnenkomen zit Van der Aa met gekruiste armen de zaal in te staren, als een Egyptische god die een oordeel over ons zal vellen. Of is zij het die beoordeeld zal worden? Vanuit de Egyptische dodenceremonie van de weging van het hart - waarop deze voorstelling gebaseerd is - lijkt dat zinvoller. In deze ceremonie moet de overledene voor een jury van 42 rechters verschijnen en haar zonden en tekortkomingen opbiechten. Van der Aa neemt de rol van overledene op zich, en wel tot drie keer toe.

Het publiek verstomt eens een acteur vooraan komt staan en het publiek aanstaart. Dan gaat het licht uit en start een video waarin Thoth - de Egyptische god van de wijsheid, die de oordelen over de weging van het hart notuleert en archiveert - het publiek toespreekt. De film doet wat aan David Lynch denken, met de vreemde gedaante en de vele beelden die door elkaar flitsen en soms blijven haperen. Ze symboliseren het teveel aan prikkels en informatie waarmee mensen vandaag geconfronteerd worden.

Want in feite gaat WOTH vooral daarover. We leven in een tijdperk met een enorme vrijheid en een overaanbod aan mogelijkheden. We moeten constant kiezen tussen alle kansen die we krijgen, en er wordt ons verteld dat we alles kunnen waarmaken, als we er maar hard genoeg voor vechten. Deze overvloed brengt ons in de war, en de oude mythe van de weging van het hart wordt gebruikt om deze thematiek te duiden. Waar dit toe kan leiden wordt in de drie delen uiteengezet.

Aan het eind van de video begint het koorgeschal. Het koor stelt de 42 rechters voor die zullen oordelen over de weging van het hart van de overledene, en werd visueel voorgesteld door acteurs die van achter het gordijn op het podium neerkijken. Deel 1 gaat over een meisje wiens hart te zwaar is. Ze is extreem egocentrisch, ziet de mensen rondom haar enkel als het achtergrond bij haar eigen leven, is buitensporig ambitieus… Ze wil uitblinken in alles wat ze doet, en zoveel mogelijk dingen combineren: carrière maken, een goede partner hebben, succes en erkenning kennen, al haar lusten en verlangens bevredigd zien…

Ze spreekt Thot meteen aan: ‘Ik ben verlost van de wil om te sterven’. Deze persoon wil het maximum uit het leven halen, maar wordt constant door twijfels overmand. Is ze wel succesvol genoeg? Kan ze niet nog meer doen? Liesa Van der Aa voert dit deel alleen uit, om het egocentrische en megalomane van het personage kracht bij te zetten. Ze doet dit door het systeem van viool en loops dat we al kenden van ‘Troops’. Ze maakt dankbaar gebruikt van talrijke effecten op stem en instrument. De muziek is dissonant en ongemakkelijk, met hoekige ritmes en dreigende geluiden die elkaar opstapelen en het hectische en stresserende leven van het hoofdpersonage typeren. Op het einde pleit Van der Aa onschuldig en rammelt ze de namen van 21 assessoren van Ma’at af - de rechters, dus - met vermelding van 21 zonden zoals vermeld in de papyrus van Oth.

Deel 2 sluit meteen aan op deel 1, zoals ook alle nummers naadloos op elkaar aansluiten. Opnieuw spreekt Thoth ons vanaf het scherm toe en heft het koor zijn gezangen aan. Er komen acht muzikanten op het podium, de ‘dragers’ van het hoofdpersonage. Ze spreekt Thoth aan met de mededeling dat ze verlost is van de wil om te leven. Haar hart is te licht. Want dit personage heeft alle hoop om ergens te geraken opgegeven. Ze gedraagt zich onzeker, onderdanig en onopvallend. Ze conformeert zich aan de wereld of zondert zich helemaal af. Onze samenleving zet ieder van ons aan om ambitieus te zijn. Maak je het niet, dan is dat gewoon je eigen schuld. Want je kan toch alles worden wat je wil, niet? Het is natuurlijk een groteske leugen. Je wordt gemaakt en gekraakt door andere mensen, hier gesymboliseerd door de 42 rechters, evengoed exponenten van een samenleving waarin alles altijd sneller moet gaan.

En net dat zorgt ervoor dat het hoofdpersonage zich terugtrekt uit het leven. Er zitten heel wat verwijzingen naar zelfmoord in de teksten, al is het niet duidelijk of ze tot de daad over gaat. Muzikaal wordt dat vertaald in trage en treurige muziek. Liesa Van der Aa beperkt zich hier tot de zang en laat zich ‘dragen’ door de muzikanten, bestaande uit acht multi-instrumentalisten die viool, contrabas, klarinet, fluit, cornetto, orgel, piano, synth, harmonium, gitaar en drums bespelen. Slechts op het einde, als ze opnieuw haar onschuld pleit - het tweede deel van de 42 zonden uit de papyrus van Oth - neemt Van der Aa de viool op om dreigende geluiden te produceren. De rechters zijn echter hun geduld kwijt en protesteren heftig.

Thoth glimlacht als het derde deel begint. Hij praat over het derde personage, waarvan het hart in evenwicht is met de veer: ‘Is dit het paradijs? Is dit de plaats waar ze naar gezocht heeft? Ze zou beter af kunnen zijn zonder paradijs, en het paradijs is misschien beter af zonder haar.’ De muziek klink hier veel meer poppy, maar ook rock, folk, country en avant-garde zijn in de rijke mix aan stijlen aanwezig. Dit is ongetwijfeld de verdienste van de samenwerking met Katrin Lohmann, die een stevige vinger in de pap had bij het maken van het derde deel, en dit zowel tekstueel als muzikaal. Alweer is de muzikale uitwerking in lijn met het opzet van het derde deel, waarin samenwerking met anderen centraal staat. Van der Aa zal in dit deel actief meespelen op autoharp en viool, en laat ook de ruimte aan haar medemuzikanten om solostemmen te zingen en zich uit te leven.

Het geheel klinkt als een bevrijding na twee eerder ongemakkelijke delen. We krijgen veel melodischere nummers met ‘normale’ ritmes. Uiteindelijk volgt ook hier een oordeel van de rechters: ze veroordelen en belonen het hoofdpersonage door haar in hun midden op te nemen. Het koordeel op het einde laat echter doorschijnen dat niet alles peis en vree is. Enerzijds zingen ze ‘we are united’, maar hoe meer zij dat benadrukken, hoe groter de eenzaamheid van Van der Aa. Verschilt het derde personage dan misschien niet zo veel van de eerste twee? Zijn de rechters niet te wispelturig en te snel in hun oordeel om de ene overledene te aanvaarden en de andere naar de eeuwige verdoemenis te sturen? Dat is zeker wat Van der Aa suggereert. Ook de rechters zijn het product van een doorgedraaide samenleving waarin je meteen een oordeel moet kunnen vellen over alles. En dus is er geen afgeronde moraal aan dit verhaal. Enkel een hoop vragen waarover je je het hoofd kunt breken.

De driedubbele cd van Liesa Van der Aa is buitengewoon goed, maar ik ben helemaal van mijn stuk na het zien van de uitvoering ervan. Het waarmaken van dit gigantisch concept met zijn artistieke en filosofische diepgang was ongetwijfeld geen sinecure. Van der Aa heeft er wel voor moeten knippen in haar werk. De nummers werden verschillende keren ingekort, en er werden er zelfs weggelaten, zij het met mate. Ook het gebruik van video’s, lichtshow en klederdracht werd goed afgemeten. Er zit dus toch een deel bescheidenheid en heel veel samenwerking in deze voor de rest zeer ambitieuze vertoning. Ik haal er een woord voor boven dat ik enkel met de grootste omzichtigheid gebruik: geniaal.







Geen opmerkingen: