Na zijn rampzalige poging om internationaal door te breken lijkt het voor Boris Grebenshikov (BG) onbegonnen werk om de brokken te lijmen. Hij heeft veel credibiliteit verloren en zijn groep Akvarium is slechts een schaduw van wat het ooit geweest is. De groep valt niet meer te redden en wordt ontbonden. Toch slaagt Grebenshikov erin om in korte tijd als een feniks uit de as te herrijzen. Hij neemt met de BG Band het fantastische Russische album op, misschien wel zijn beste werk ooit. Dan richt hij Akvarium terug op, als een begeleidingsgroep waarin hij meer dan ooit de onbetwiste leider is. De volgende jaren brengt hij de ene plaat na het andere uit. De kwaliteit varieert, van subliem tot geniaal. Opnames uit deze periode zijn vooral gebaseerd op Russische volksmuziek en houden een hoop walsen in. Grebenshikov geniet een immense populariteit. Tot hij op een mooie dag beslist dat het succes te vanzelfsprekend geworden is ...
Het Russische album
Akvarium bleef gedurende Gebenshikovs flop in de VS formeel bestaan, maar het vlotte niet meer zo tussen BG en zijn groepsleden. Seva Gakkel, het kernlid die al sinds de jaren zeventig meespeelde, was het meest uitgesproken in zijn kritiek. Tijdens een repetitie riep hij Grebenshikov toe: ‘Sinds je terug bent uit New York, ben je een Amerikaan geworden. Je bent functioneel en egoïstisch. Je bent niet alleen, Boris. Onthoud het, we zijn met acht. Acht!’ In zijn autobiografie – met de opmerkelijke titel ‘Akvarium als methode om een tennisveld te onderhouden’ – vertelt Gakkel hoe een Amerikaanse filmploeg naar Rusland afreisde om een reportage te maken in het zog van de Radio Silence-hype. De groep werd verondersteld op te treden, maar Grebenshikov probeerde de show te stelen door op zijn eentje te spelen. ‘Het was toen al duidelijk dat de groep niet meer bestond’, besloot Gakkel. Hij was niet de enige die er zo over dacht. In 1991 gaf de groep een afscheidsconcert en ontbond. ‘Al wat we konden doen, hebben we ondertussen gedaan’, zo becommentarieerde BG zelf de split.
Al snel vormt Grebenshikov een nieuwe groep, die hij BG Band noemt. Hij omringt zich met nieuwe muzikanten en mensen die in de laatste periode met Akvarium gespeeld hebben, maar geen centrale plaats innamen. De nieuwe groep gaat intensief toeren. Ze spelen niet minder dan 171 concerten over heel Rusland. BG: ‘Nieuwe nummers kwamen op als uit een vat. Ons repertoire moest onderweg uitgevonden worden, vaak nog net voor een optreden. Ik voelde de nood om zoveel mogelijk afstand te houden tussen mij en Akvarium.’ Begin 1992 nemen ze het Russisch Album op. Grebenshikov verklaart dat het centraal motief van de plaat een typisch Russische invalshoek is: een studie van de orthodoxe kerk doorheen de bodem van een wodkafles. De uitzichtloze sfeer sluit goed aan bij hoe veel Russen zich voelen bij het uiteenvallen van de Sovjet-Unie en de economische transitie.
In een poll op de website van Akvarium – het Russisch album wordt thans tot het oeuvre van de groep gerekend – kwam de plaat naar voren als de meest populaire plaat. De teksten zijn een aaneenschakeling van religieuze en desolate beelden, en het is soms moeilijk om er een betekenis aan te ontleden. De meest briljante en intrigerende tekst is wellicht Wolven en Raven, waarvan Grebenshikov beweert dat elke zin geschreven werd met een nieuwe kater.
Is het God zelve, of enkel de geur van wierook
Rondom ons groeit het woud, donker, mossig en koud
En ik weet niet of we gezegend zijn of gestrikt. Misschien wel beiden
Fijngevoelig als een snaar, maar droog in onze ziel
Hier komen ze met hun iconen, maar wie beelden ze af?
Van onder het donkere water schijnt het licht over de velden
Ik weet niet meer hoe we opstonden en de kamer verlieten
Ik weet enkel dat we op zoek gingen naar die stralende ster
En misschien klopt het wel, er zijn geen paden zonder dorens
Geen handen voor wonderen, tenzij de handen die zuiver zijn
Het zijn de wolven en raven – enkel zij – die ons warm gehouden hebben
Die ons zegenden op onze weg naar de zuivere ster
Welke betekenis kunnen we hierachter zoeken? Is dit meer als dronkemanspraat? Ook in Rusland hebben mensen moeite om deze teksten te begrijpen. Laat ons toch even een poging wagen. De zuivere ster moeten we wellicht opvatten als een verwijzing naar een ideaal dat de karakters nastreven. Het zou het geloof kunnen zijn, of net de waan van de westerse consumptiemaatschappij. De onbekende iconen symboliseren waarschijnlijk de spirituele armoede van Rusland. Uiteindelijk zijn het de wolven en raven die de ontdekkingsreizigers onder hun hoede nemen en beschermen. Deze zouden de Sovjetmachthebbers kunnen zijn, of zelfs de hele generatie van Grebenshikov (‘Ik ben zelf ook zo’n zwarte vogel’).
Video: Gosudarinja (edelvrouw), van het Russisch album
Bard
Het debat over de betekenis van de teksten van Grebenshikov woedt al sinds de begindagen van Akvarium. Steeds hebben mensen vragen gesteld bij zijn raadselachtige teksten. Mikhail Borzykin van Televizor, die ondanks zijn conflict met Akvarium en de Leningrad Rock Club graag toegeeft dat Grebenshikov hem en alle anderen die rock in het Russisch schrijven beïnvloed heeft, geeft de sfeer in de jaren tachtig goed weer: ‘We hadden vaak lange gesprekken en twisten over wat BG net bedoelde met dit of dat nummer of met die zin. Het kon weken aanslepen. Alle betrokkenen wonden zich op en geraakten steeds meer overtuigd dat ze de juiste betekenis kenden. Als BG de vraag voorgelegd kreeg, antwoordde hij dan schouderophalend: “Oh, dat! Wat ik bedoel? Wel, niets bijzonder.”’
Toch wijst alles erop dat BG zijn teksten niet toevallig schrijft. Rusland is een land der letteren, en als je de liefhebbers vraagt wat het verschil is tussen Russische en westerse rock, zullen ze steeds wijzen op de teksten, die ze als diepzinniger en hoogstaander beschouwen. BG, en bij uitbreiding alle Russische rockklassiekers, werden beïnvloed door de Russische literaire traditie. (Boelgakov leek een favoriet te zijn in de scene.) Een andere belangrijke invloed was uiteraard de westerse rockmuziek, waaruit de Russische rockmuzikanten graag dingen overnamen. In Grebenshikovs teksten vindt men verwijzingen naar onder meer Bob Dylan, David Bowie, Pink Floyd en Jim Morrison. In Elektrische hond, een vroege tekst uit het Blauwe album (1981), reet hij referenties aaneen naar Alexander Blok, Michael Svetlov, Hamlet en Boelat Okoedzjava. BG nam duidelijk de methode over van de barden: ‘Barden werkten altijd in vier of vijf mythologieën, talen, culturen. En desondanks verstonden de mensen hen. In vijf zinnen werden vijf verschillende culturen geciteerd.’
Transitie
Akvarium bracht tussen 1987 en 1991 geen platen uit. Toch bleef de groep in die periode nummers opnemen. Grebenshikov brengt ze, samen met nog verschillende ongepubliceerde nummers uit de jaren tachtig, uit op ‘De geschiedenis van Akvarium. Archief, boek 3’ (1991) en iets later op ‘De geschiedenis van Akvarium deel 4: De bibliotheek van Babylon’ (1993). BG zag een parallel met de eerste twee delen – Akoestisch en Elektriciteit uit het begin van de jaren tachtig – die eveneens nummers uit een langere periode verzamelden die niet op een samenhangende plaat konden verschijnen. Sindsdien heeft Grebenshikov getracht om de platen uit de ‘transitieperiode’ uit te brengen zoals ze oorspronkelijk bedoeld waren. In 2007 kwam Feodalisme uit, dat een weergave moet zijn van de plaat die niet uitkwam in 1989, en in 2010 verscheen Ons leven vanuit het perspectief van de bomen, dat volgens de biografie van de groep in 1987 had moeten verschijnen. Op deze verschillende platen vind je onder meer pareltjes als Het zilver van de Heer, Een dag van vreugde, Als de pijn overgaat en God behoede de poolwachters.
Heer, behoed de poolwachters, met hun eindeloze dagen
Met hun verwarmde huizen, bekleed met partijportretten
Zij die het komende jaar zorgvuldig plannen
Met het paradijs in het vooruitzicht en een schip onder het ijs
Heer, wees goed voor de poolwachters, die lijden in hun hokken
Wees barmhartig, zoals geliefden onder het geduchte maanlicht
En als Je hen zegent met liefde en eer, bezorg hen dan
Een groter rantsoen alcohol, en laat ze verder als ze zijn
Grebenshikov besluit dat de naam Akvarium gewoon te sterk is om op te geven. Hij brengt nog een uitstekende liveplaat uit van zijn concerten met de BG Band: Brieven aan Kapitein Voronin, waarop opnieuw een paar pareltjes staan die dreigden verloren te gaan in de ‘transitieperiode’. Sindsdien is zijn motto dat als iemand interesse heeft om met hem te spelen, het resultaat wellicht Akvarium zou zijn. In 1993 komt De favoriete liedjes van Ramses IV uit. Meteen wordt duidelijk waarom Grebenshikov van het Russisch album zei dat de plaat het gebruikelijke eclecticisme van Akvarium ontbeerde. Waar het Russische album een zekere coherentie vertoonde, krijgen we hier de meest bizarre combinaties en arrangementen voorgeschoteld: elektronica en sitar, folk, verschillende soorten orgel, barokstrijkers, harp, klavecimbel, trompetgeschal, wah wah, mondharp, djembe, dwarsfluit ... Hierna is niets nog verboden. De plaat steekt eveneens af tegenover zijn voorganger door zijn buitengewoon opgewekte sfeer.
Verlichting
Akvarium is weer volledig terug en er breekt een periode van ongebreidelde creativiteit aan. Op Kostroma mon amour weet BG de typisch Russische elementen van het Russische album te combineren met de geluidsexperimenten en het eclecticisme van De favoriete liedjes van Ramses IV. Wat opvalt zijn de vele walsen, begeleid door de prachtige accordeon van Sergey Shurakov. Om te vermijden dat de plaat enkel uit walsen zou bestaan, voegt Grebenshikov nog een paar oudere nummers toe uit het einde van de jaren tachtig. De plaat ademt opnieuw een grote dosis typisch Russische melancholie uit, maar bevat ook nummers als Drink geen wijn, Gertrude, dat ongetwijfeld een glimlach zal toveren op alle verwarde harten. (Typisch BG: de titel van het nummer verwijst naar Hamlet, maar de tekst bestaat uit absurde taferelen die geen enkel verband houden met het werk van Shakespeare.) Ook Grebenshikovs bekering tot het Tibetaans Boeddhisme staat in de kijker, onder meer in het openingsnummer Russisch nirwana.
Waar mediteer je over, vriendin van lichte dagen?
Welke mantra schenk je mij en mijn gekwelde ziel?
Zie, de kruisen branden boven de kerken
En wij stemmen in, handelen heeft geen nut
Sai ram is onze vader, Karmapa, mijn zielenlicht
Oh lama’s van de akgyu-school, hoe prachtig zijn jullie toch!
Ik zal de lotushouding aannemen, midden in het Kremlin
En onze moeder aarde zal huiveren in een golf van verlichting
Mystieke en esoterische elementen hebben altijd al een grote rol gespeeld in de teksten van Grebenshikov. Men vindt de eerste sporen hiervan al in zijn teksten uit de jaren zeventig. In tegenstelling tot rockmuziek in het westen – die vaak erg kritisch was tegenover religie – waren veel rockers in de Sovjet-Unie net aangetrokken tot religie en mystiek. Wellicht moedigde het officiële atheïsme van het communistisch systeem rockliefhebbers aan om zich te verdiepen in religieuze onderwerpen. BG: ‘Als je over rock spreekt, kun je onmogelijk niet over religie spreken. Religie werd van ons afgenomen sinds onze kindertijd. Rock leidt naar religie omdat religie het spirituele leven kan uitleggen, in tegenstelling tot rock, dat niets verklaart. Religie is de verklaring, rock de kracht.’ Naast het verwerken van boeddhistische elementen in zijn muziek zal Grebenshikov ook verschillende boeddhistische boeken vertalen naar het Russisch, onder meer een gids tot het Tibetaans dodenboek en boeken van zijn goeroe Tulku Urgyen Rinpoche.
Video: Moskou Oktober, van Kostroma mon amour
Naast een prachtplaat met Akvarium brengt Grebenshikov in 1994 nog verschillende cd’s uit. Het interessantst is ongetwijfeld Bezielde liederen, dat uitkomt onder de naam BG en het Anna Karenina Kwartet. In feite is dit de eerste van een reeks ‘Akvarium incognito’-platen. Het bestaat uit instrumentale nummers, die dan weer noisy soundscapes zijn, dan weer neoklassieke composities met veel fluiten. De titels spreken boekdelen: Leven, dood en andere miraculeuze daden van de grote Anakhorete, Kapitein Voronin ontmoet de reusachtige mier, Hymne aan de Moskouse metro ... (Deze erg geschifte plaat doet een beetje denken aan de soundtrack die Akvarium eind jaren tachtig opnam voor de film ‘De zwarte roos is het embleem van smart, de rode roos is het embleem van liefde’, nog zo’n verloren pareltje uit de transitieperiode.) Daarnaast brengt hij nog een soloplaat uit met liederen van Alexandr Vertinski (BG speelde de nummers regelmatig live, maar was erg ontevreden over de cd-uitgave: ‘Er is geen mogelijke rechtvaardiging voor dit vergrijp tegen de goede smaak’) en samen met Akvarium Het zand van Petersburg, opnieuw een verzameling van onuitgegeven nummers uit de jaren tachtig die deze keer eerder zwak overkomt.
‘Alle ellende zou even mooi moeten klinken’
Grebenshikov schrijft in deze periode bijna elke dag een nieuw nummer. Helaas zit de groep in een financieel benarde situatie. Even lijkt het er zelfs op dat de volgende plaat door geldnood een soloplaat van Grebenshikov zal worden. Gelukkig biedt een Russische bankier Akvarium 50.000 dollar aan om op te nemen in Engeland. Joe Boyd, de producer van onder meer Nick Drake, Fairport Convention en Incredible String Band, biedt eveneens zijn hulp aan. Hij boekt de Linvingston studio in Londen voor de opnames. In de studio ontmoet Grebenshikov Kate St John, een zangeres en hobospeelster die haar talent voor arrangementen en haar adressenboek vol begaafde muzikanten graag ten dienste stelt. De oplopende kosten voor de opnames nopen Grebenshikov ertoe om zijn wagen en een deel van zijn gitaarverzameling te verkopen.
Een goede investering, zo blijkt. De resulterende cd – Navigator – wordt niet enkel gerekend tot de beste platen van Akvarium, maar tot de beste Russische platen aller tijden. In de eerste drie dagen gaan meer dan 10.000 exemplaren over de toonbank. De cd is tot op vandaag de best verkopende van Akvarium. De uitstekende fansite Bodisattvas of Babylon schreef: ‘Thematisch en stilistisch gelinkt aan het Russisch album, maar breder en ironischer in zijn aanpak, is dit een reis doorheen persoonlijke en politieke ontgoocheling. Alle ellende, evenwel, zou even mooi moeten klinken, en na voorvermelde is dit de essentiële Akvarium productie van de jaren negentig.’ Het is een periode van zware crisis in Rusland. Vele mensen leven in armoede. Lonen en pensioenen worden onregelmatig of zelfs niet uitbetaald. Naast de obligate religieuze verwijzingen – nummers als Ficus Religiosa en Drie zusters zijn gebaseerd op de verlichtingsverhaal van de Boeddha – baadt Navigator in uitzichtloosheid en wanhoop, zoals in het nummer De laatste bocht.
Ze noemen me de laatste bocht
Je kent me wel, zoals je jezelf kent
Als de smaak van wodka uit vochtige grond
Vergezeld van brood met tranen
In de klare hemel staan twee vleugels
Ze vormen samen een lange boog
Ik voel me kreupel, alles kreunt
Schenk me nogmaals in, en goed
Video: Navigator, het titelnummer van de succesplaat
Multireligieus
Grebenshikov lijkt een succesformule gevonden te hebben en de opvolger, Sneeuwleeuw, bouwt dan ook voort op het concept van Navigator. Opnieuw krijgen we een hoop walsen, folkgitaar, strijkers en accordeon. De productie is evenwel gepolijster en het geheel klinkt zelfs opvallend vrolijk. De invloed van Ierse folk is onmiskenbaar, al vind men hier ook oud Russische blues en Indische elementen. In Dubrovski, een compositie die eigenlijk al dateert van de tijd van Kostroma mon amour, laat Grebenshikov de hoofdpersonages van Poeshkins laatste roman opdraven in een allegorie over de heropstanding van Rusland en de bloei van Jeruzalem. Grebenshikov is steeds meer multicultureel en multireligieus. Naast zijn actief beleden boeddhisme blijft hij een verwoed verzamelaar van orthodoxe iconen, vertoont hij een grote interesse voor het soefisme en het hindoeïsme en beweert hij dat de terugkeer van Christus op aarde nakend is. In De grote spoorwegsymfonie verweeft hij al deze inspiraties tot een romantische ballade.
De jongeren vervelen zich in de hemel
Maar eens je oud bent, geraak je er niet meer
Boeddha struint door Calvarië
En roept uit: Allah Akbar!
Ik weet niet waar ik thuis hoor
Maar zie, ik ben hier toch
De machinist heeft geen vermoeden
Dat hij je naar me toe brengt
In deze wereld is niets voor eeuwig
Alles verwelkt, alles vergaat
Ik zou alle flora en fauna willen liefhebben
Maar mijn hart zit afgeladen vol
Je trein rijdt in een cirkel
De sporen smelten als in een droom
De machinist heeft geen vermoeden
Dat hij je naar me toe brengt
Anonieme kloosterorde
Edoch, Grebenshikov is het beu om populaire walsen te schrijven. Hij heeft het gevoel dat hij in herhaling valt en dat hij een succesformule aan het uitmelken is. Hij wil nieuwe dingen uitproberen. Eerst speelt hij met het idee om ‘prehistorische’ nummers uit de jaren zeventig te herwerken met symfonische arrangementen, elektronische triphop en breakbeat ritmes. Maar de combinatie valt moeilijk te realiseren, en de voorkeur gaat uiteindelijk naar de symfonische folk. De volgende cd, Hyperboria, is bijgevolg een plaat die qua instrumentatie aanleunt bij haar voorgangers, maar veel experimenteler en vooral veel ontoegankelijker is. De eerste helft van de plaat bestaat uit de vroege nummers die uit de vergetelheid gehaald zijn met nieuwe arrangementen. De tweede helft bestaat uit een achtdelige compositie van meer dan een half uur. BG: ‘Het dichtstbijzijnde literaire equivalent is Michael Moorcock. Wat het muzikale equivalent betreft, dat heb ik nog niet gevonden.’
Een aantal andere producties uit deze periode helpen het totaal aantal cd’s met medewerking van Grebenshikov de hoogte injagen. Bardo is opnieuw een Akvarium incognito-plaat, deze keer onder de naam ‘Russisch-Abisinisch orkest’. BG: ‘Deze opname is afkomstig van de Anonieme Ongeïdentificeerde Kloosterorde, en omvat uitvoeringen van spirituele muziek uit niet-traditionele bronnen. De teksten hebben een betekenis, maar kunnen niet vertaald worden in menselijke concepten.’ Interessanter nog is een soloplaat uit 1996, Chubchik, die traditionele sovjetliederen herneemt. BG blijkt volledig zen in zijn appreciatie van deze periode, waarover hij toch meer dan een ander recht van klagen heeft: ‘Natuurlijk komen deze nummers uit een periode die we niet bijzonder liefhebben, maar elke periode wordt bevolkt door normale mensen, mensen zoals wij. Het blijft de moeite om deze liederen te zingen, omdat ze niet over toen gaan, maar over altijd, en dus over elk van ons.’ Ten slotte neemt Grebenshikov deel aan Mitki, een supergroep met onder meer Yuri Shevchuk van DDT en Vyacheslav Butusov van Nautilus Pompilius, die traditionele drink- en zeemansliederen herneemt en in totaal drie cd’s uitbrengt.
Hoewel de populariteit van Akvarium ongekend is, stelt Grebenshikov de groep voor om zes maanden te ontbinden, zodat iedereen zijn eigen ideeën verder kan uitwerken. Hij maakt van de gelegenheid gebruik om de klassieke Akvarium-formatie uit de jaren tachtig terug samen te roepen om met nummers uit hun glorietijd het 25-jarig bestaan van de groep te vieren met twee succesvolle optredens. In een interview laat Grebenshikov zich over het ‘nieuwe Akvarium’, zoals de groep van na 1991 genoemd wordt, ontvallen: ‘Het is allemaal te comfortabel voor mij geworden. De tweede incarnatie van Akvarium heeft een status bereikt waarin alles wat we doen briljant en geweldig is. Dus stelt de vraag zich: wat moeten we nu doen? Verder spelen? Is dat het? Ik denk eigenlijk niet dat we dat moeten doen.’ Daarmee lijkt het lot van het nieuwe Akvarium bezegeld. De groep zal niet meer samenkomen. Alles is vergankelijk, en zo ook de roemrijke ‘Russische periode’.
Video: Diegene die ik liefheb, de laatste wals uit de Russische periode.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten